Michael Moore▶
Ik wil heel veel muziek maken met heel weinig materiaal
Deel deze video op de huidige startpositie op social media.

Facebook Twitter Google+

Biografie

Rietblazer Michael Moore (Eureka, Californië, 4 december 1954) komt eind jaren zeventig vanuit de VS naar Nederland met Available Jelly, en vestigt zich in 1982 definitief in Amsterdam. Zijn stilistische wendbaarheid, zijn alom bejubelde toon op altsaxofoon en (vooral) klarinet, en zijn leesvaardigheid maken hem tot een veelgevraagd sideman in de Nederlandse improvisatie-scene, onder meer bij Guus Janssen, Maarten Altena, het ICP Orchestra en Eric Boeren. Daarnaast houdt hij Available Jelly draaiende en ontpopt hij zich tot de vruchtbaarste componist voor die band. Michael Moore gaat eigen groepen formeren, zoals het improviserende Quartet, het meer jazzachtige Quintet en de kamermuziekachtige groep Fragile. Hij maakt deel uit van het collectieve Clusone Trio en interpreteert muziek van Bob Dylan met het trio Jewels and Binoculars. Op zijn eigen label Ramboy brengt hij van al zijn eigen groepen CD's uit. Tegelijkertijd vervult hij gastrollen bij allerhande groepen die een terrein bestrijken van jazz en geïmproviseerde muziek tot wereldmuziek (van Turks en Portugees tot Malinees en Braziliaans). Zijn interesse in muziek uit alle windstreken komt ook tot uiting in de arrangementen die hij voor Available Jelly schrijft van volksmuziek, onder meer van de Balkan, Madagascar, Indonesië en Birma.

1978 - 1981

Available Jelly, de groep van saxofonist Stuart Curtis en Michael Moore's broer, multi-instrumentalist Gregg Moore, gaat als begeleidingsband van The Great Salt Lake City Mime Troupe mee naar Europa. Michael Moore voegt zich in Amsterdam bij hen. De Amerikanen voelen zich thuis in de hoofdstad en besluiten zich hier te vestigen. Hoewel er aanvankelijk veel 'covers' worden gespeeld, komt Michael Moore steeds meer in beeld als componist van de groep. Als Gregg Moore in 1995 naar Portugal verkast, wordt Michael de leider van de band, die zich na een serie bezettingswijzigingen in 1995 consolideert tot een sextet, met Eric Boeren (kornet), Wolter Wierbos (trombone), Tobias Delius (tenorsaxofoon, klarinet), Ernst Glerum (bas) en Michael Vatcher (drums). Na het vertrek van Delius in 2006 komt de Sloveense tubaïst Goran Krmac de groep tijdelijk versterken, en momenteel neemt Oren Marshall of Gregg Moore de tuba-honneurs waar. Met Available Jelly maakt Moore zesl CD's. De ervaring die Michael Moore heeft opgedaan bij The Great Salt Lake City Mime Troupe maakt hem een geschikte muzikale partner voor allerhande theatergroepen, zoals Baal, de Dogtroep, De Mug Met De Gouden Tand en De Voorziening). Ook is hij te vinden in het gezelschap van dansers als Katie Duck, Sushaku Takeuchi en Pauline de Groot.

1982

Op voorspraak van Han Bennink komt Michael Moore de Instant Composers Pool versterken. Hij gaat met de groep op tournee naar Japan, waar ze de live-LP Japan Japon opnemen. Op den duur wordt de rietblazer essentiële factor in de groep. Gaandeweg draagt hij ook composities en arrangementen bij. Moore is in 1982 ook te horen in de productie De Holle Toon van theatermaker Teo Joling. In 1985 werken de twee opnieuw samen in de voorstelling De Aap Darwin.

1984

Als goede notenlezer en inspirerende improvisator is Michael Moore een voor de hand liggende keuze voor het septet van pianist-componist Guus Janssen. Na de eerste, titelloze LP uit 1984 maakt Moore ook 85….86 (1987) met de groep. Hierna blijven de muzikale wegen van Moore en Janssen elkaar geregeld kruisen.

1986

De Boy Edgar Prijs wordt aan Michael Moore toegekend. Tijdens de feestelijke prijsuitreiking in het Amsterdamse Bimhuis zijn de Amerikaanse pianist Jaki Byard (een voormalige leraar van de laureaat) en sopraansaxofonist Steve Lacy de eregasten. In hetzelfde jaar vraagt saxofonist Sean Bergin Moore om plaats te nemen in zijn eerste eigen groep, My Own Band (MOB). In 1988 verschijnt het debuutalbum van de groep, Kids Mysteries.

1987

De artistiek leider van het Bimhuis, Huub van Riel, inviteert Michael Moore als deelnemer aan de internationaal bezette October Meeting voor improvisatoren. Ook bij het vervolg in 1991 is Moore van de partij. Bassist-bandleider Maarten Altena neemt Moore in 1987 op in zijn Maarten Altena Octet (later herdoopt tot Maarten Altena Ensemble). De eerste cd waarop de rietblazer meespeelt, is Rif. Daarna zullen nog Quotl (1988) en Cities & Streets (1989) volgen.

1988

Voor het festival in het Italiaanse Clusone stelt cellist Ernst Reijseger een gelegenheidskwartet samen met Michael Moore, Guus Janssen en drummer Han Bennink. De samenwerking bevalt zo goed dat ze besluiten door te gaan, al haakt Janssen vrij snel af. Als Clusone Trio bouwt het drietal een reputatie op voor de snelheid waarmee ze kunnen schakelen tussen jazz-standards, popliedjes, eigen composities en vrije improvisaties. Na een eerste titelloze cd voor Moore's eigen Ramboy-label komt er interesse van illustere buitenlandse platenmaatschappijen zoals Hat Art en Gramavision. De zes albums van het trio krijgen lovende kritieken, en Soft Lights & Sweet Music krijgt in de gezaghebbende Penguin Guide zelfs vier sterren.

1989

In de groep Sunchild verzamelt gitarist Franky Douglas muzikanten van Surinaamse en Antilliaanse origine naast improvisatoren uit de Nederlandse scene, onder wie Michael Moore. In 1993 neemt de groep zijn enige cd op tijdens het North Sea Jazz Festival: The Visions Project. Douglas en Moore blijven muzikale partners, in en buiten Sunchild. Zo zijn ze te horen op Douglas' album On the Roof (1998). Drummer Gerry Hemingway formeert een nieuw kwintet, waarin de Amsterdamse improvisatiescene flink vertegenwoordigd is, met Michael Moore, Wolter Wierbos en Ernst Reijseger. In de loop van tien jaar is de rietblazer op een vijftal albums van de Amerikaanse slagwerker te horen. Hemingway doet ook mee aan Michael Moore's plaatdebuut onder eigen naam: Home Game. Het zal echter tot 1992 duren voor de cd verschijnt. Trompettist Herb Robertson, pianist Fred Hersch en bassist Mark Helias zijn de overige musici. Naast dit ad hoc-kwintet formeert Moore een kwartet als working band, met de Engelse pianist Alex Maguire, Ernst Reijseger en drummer Michael Vatcher. In 1993 verschijnt het plaatdebuut van deze groep: Négligé. The Persons is een rockband die Moore vóór zijn komst naar Europa in de VS had opgericht. In 1989 herformeert hij de groep (met onder anderen Ernst Reijseger in de gelederen), en neemt hij de cd World Surf Music op. In de loop der jaren volgen nog twee albums van het gezelschap.

1990

Saxofonist Jasper Blom vraagt Moore voor het nieuwe kwintet Zut Alors!, dat een brug probeert te slaan tussen de jazz en de Nederlandse geïmproviseerde muziek. In 1992 komt de enige cd van de groep uit, Pie Dough. Moore werkt ook geregeld samen met de Duitse pianist Georg Gräwe, onder meer in diens Grubenklang Orchester. Hij is te horen op de cd Flavours, Fragments (1994) van dit orkest. Om zijn theatermuziek in concertante vorm uit te voeren richt altviolist-componist Maurice Horsthuis het orkest Amsterdam Drama op. De orkestleden haalt hij zowel uit de geïmproviseerde als uit de gecomponeerde muziek, en Michael Moore neemt plaats in de rietsectie. De groep bestaat vijf jaar lang en produceert drie cd's.

1991

Omdat hij moeite heeft om de opnamen van zijn kwintet uit 1989 en die van het Clusone Trio, uitgegeven te krijgen, begint Michael Moore zijn eigen label Ramboy. In twintig jaar tijd bouwt hij daarmee een catalogus van zo'n 25 titels op.

1992

In de groep Klezmokum van pianist Burton Greene neemt Michael Moore de plek in van de traditioneler ingestelde klarinettist Marcel Salomon. Op het titelloze plaatdebuut is Moore de blazer, al blijft hij niet lang bij het ensemble.

1993

Als de Amerikaanse klassieke cellist Yo Yo Ma van het Amsterdamse Concertgebouw een carte blanche krijgt aangeboden, schrijft Michael Moore een speciale compositie voor hem en een groep improvisatoren met onder meer zijn Nederlandse collega Ernst Reijseger. In de loop van het jaar maakt Moore opnamen met een trio met pianist Fred Hersch en bassist Mark Helias, die uiteindelijk terechtkomen op het album Chicoutimi. De kamermuziekachtige sfeer op de cd is geïnspireerd door het trio van Jimmy Giuffre (met pianist Paul Bley en bassist Steve Swallow) uit de vroege jaren zestig. In 1998 maakt Moore met dezelfde bezetting de cd Bering. Tunes For Horn Guys is de titel van een cd waarop Moore in 1993 met drie collega-blazers (Ab Baars, Frank Gratkowski en Wolter Wierbos) te horen is. De inspiratie voor de muziek komt deels van blaasmuziek van het Kroatische eiland Krk.

1994

De Singel in Antwerpen nodigt Moore uit om een drietal avonden samen te stellen, waarvoor hij zelf de gasten mag uitnodigen. Het imposante affiche vermeldt onder anderen Misha Mengelberg, Gerry Hemingway, drummer Joey Baron, saxofonist Lee Konitz, pianiste Marilyn Crispell, trompettist Kenny Wheeler en violist Mark Feldman.

1995

Als uitvloeisel van een serie concerten rondom de muziek van Ornette Coleman begint kornettist Eric Boeren een nieuw 4tet. Naast bassist Wilbert de Joode en drummer Han Bennink vraagt hij zijn Available Jelly-partner Michael Moore. In de vijftien jaar van zijn bestaan brengt het gezelschap drie cd's uit: Joy Of A Toy (1999), Soft Nose (2001) en Song For Tracy The Turtle (2010).

1997

Het Clusone Trio wint als 'small group' in de categorie 'talent deserving wider recognition' in de jaarlijkse Downbeat Critics Poll In 2000-2002 triomfeert Moore als klarinettist in dezelfde categorie.

1998

De in Amsterdam gevestigde Braziliaanse gitarist Rogério Bicudo vraagt Moore om deel te nemen aan zijn kwartet Chôro Combinado, dat debuteert met het album Sonoroso. In 2002 volgt de cd Curare.

1999

De Oostenrijkse bugelspeler Franz Koglmann vraagt Michael Moore om een cd op te nemen voor zijn nieuwe label Between The Lines. Hiervoor stelt Moore een nieuw trio samen met cellist Tristan Honsinger en pianist Cor Fuhler. Na Monitor volgt nog een tweede album voor het label: Air Street (2002).

2000

De Portugees-Amsterdamse zanger-componist Fernando Lameirinhas omringt zich graag met muzikanten uit de improvisatiehoek, voor zijn geheel eigen kijk op de wereldmuziek. Op het album O Destino is Michael Moore een van de gasten. Het is het begin van een vruchtbare samenwerking die nog twee cd's zal opleveren. Een andere samenwerking die Moore in dit jaar aangaat, is met pianist Achim Kaufmann. Hij gaat deel uitmaken van diens kwartet (waarmee hij twee cd's opneemt) en duikt ook op in andere combinaties met de Duitser. Tijdens het North Sea Jazz Festival krijgt Michael Moore de prestigieuze Bird Award uitgereikt.

2001

Onder de naam Jewels And Binoculars start Moore een nieuw trio, met bassist Lindsay Horner en Michael Vatcher. De opzet is om muziek van Bob Dylan als uitgangspunt voor improvisaties te gebruiken. Na de succesvolle titelloze debuut-cd volgt nog een tweede album: Floater (2004).

2005

Om naast zijn activiteiten als improvisator ook 'echte' jazz te blijven spelen, formeert Michael Moore een nieuw kwintet, met trompettist Eric Vloeimans, pianist Marc van Roon, drummer Owen Hart Jr. en bassist Paul Berner. Deze laatste vraagt hem ook voor zijn eigen band, die verder uit de gitaristen Peter Tiehuis en Ed Verhoeff bestaat en een samensmelting van jazz en Americana voor ogen heeft. In 2006 maakt de groep de cd Back Porch.

2007

Twee in Amsterdam gevestigde Argentijnen, gitarist Guillermo Celano en drummer Marcos Baggiani, nemen Michael Moore als tweede blazer (naast tenorsaxofonist Gorka Benitez) in hun groep op. In deze samenstelling maakt het gezelschap twee cd's: Nothing Changes (2008) en Alienology (2011).

2008 - 2011

Fragile is de titel van een Michael Moore-cd die gaat over de schoonheid en kwetsbaarheid van menselijke relaties. Naast zijn vaste drum-partner Michael Vatcher treffen we twee jonge talenten in de bezetting: pianist Harmen Fraanje en bassist Clemens van der Feen. Met de cd-titel als groepsnaam gaat het kwartet op tournee om hun kamerjazz op de Nederlandse podia te laten horen. Ook in 2011 staat weer een toer gepland. Opnamen van het optreden van het trio Holshouser, Bennink en Moore‎ in New York, in club Drom in de East Village op 25 oktober 2009, verschijnen in 2011 op cd.

2012 - 2013

Michael Moore is te horen op het album Coconut (2012) met Eric Boeren, Wilbert de Joode en Han Bennink. Hij schrijft de arrangementen voor de Amsterdamse improvisatiegroep All Ellington die in 2012 wordt opgericht door kornettist Eric Boeren. In december 2013 brengen Michael Moore en pianist Achim Kaufmann een trilogie uit op het label van Moore met opnamen die in mei 2011 en februari 2012 zijn gemaakt in de Berlijnse Studio Börne 45 en voor de zender Rundfunk Berlin-Brandenburg.

2014 - 2015

Het Michael Moore Quartet gaat in 2014 op tournee door de Verenigde Staten. De groep speelt onder meer in Moore’s geboortestad Eureka. De muzikant doet optredens met het Michael Moore Bigtet dat bestaat uit Eric Boeren (kornet), Wolter Wierbos (trombone), Giuseppe Doronzo (baritonsaxofoon), Kaja Draksler (toetsen), Jorrit Westerhof (elektrische gitaar), Arjen Gorter (bas) en Michael Vatcher (percussie). Op 28 november 2014 viert hij met deze formatie zijn 60ste verjaardag met een optreden in het Bimhuis. Het Felix Quartet, samen met Wierbos, Vatcher en bassist Wilbert de Joode, speelt voor het eerst tijdens de serie zomerconcerten die het Bimhuis onder de titel Felix & Foam organiseert in de tijdelijke tentoonstellingsruimte van Felix Meritis aan de Keizersgracht in Amsterdam. De opname van het concert komt in 2016 uit op cd. Moore en Wierbos treden samen met gitarist Franky Douglas vanaf begin 2015 op met het Trio Rubato waarmee ze voornamelijk werk spelen dat door Douglas is geschreven. De blazer vormt een duo met de Braziliaanse gitarist en zanger Rogério Bicudo. Ze spelen een mix van jazz, populaire Braziliaanse popmuziek en Zuid-Afrikaanse invloeden. Michael Moore doet in deze periode ook een Amerikaanse tournee met het ICP Orkest en een serie concerten met de uitvoering van de jazzopera Koeien. Van het orkest verschijnen de cd’s East Of The Sun (2014) en Restless In Pieces (2016).

2016

In maart treedt Moore in Amsterdam op als duo met Harmen Fraanje. Het Michael Moore Bigtet is weer te zien tijdens het dOek Festival dat van 29 april tot en met 4 mei plaatsvindt in Amsterdam.

2017 - 2018

Michael Moore speelt mee in meerdere ensembles, zoals het Xavier Pamplona Septet van contrabassist/componist Raoul van der Weide, het Zlatko Kaučič Quintet, Orquesta Del Tiempo Perdido van Jeroen Kimman en het Georg Graewe Franz Koglmann Quintet. Vanaf maart 2017 doet het ICP Orchestra een korte tournee in Nederland en Groot-Brittannië. Het orkest speelt op 21 juli tijdens het Oostenrijkse festival Konfrontationen en reist in september 2017 naar Colombia voor concerten in Bogota, Medellin en Baranquilla. In november 2018 doen ICP en het ensemble Nieuw Amsterdams Peil enkele gezamenlijke concerten. ICP reist in december naar Glasgow, Londen en Utrecht en brengt in het Bimhuis een ode aan Sean Bergin.

2019

The NDR Big Band neemt in januari 2019 in de NDR Studio te Hamburg composities op van Michael Moore. Een van de composities is Sanctuary, een ode aan zijn inspirerende moeder. De opnamen verschijnen onder de titel Sanctuary op cd. Michael Moore speelt samen met twee andere Amerikaanse expats (bassist Barre Phillips en drummer/percussionist Gerry Hemingway) op 9 maart 2019 in Splendor, Amsterdam. Het trio laat zich inspireren door saxofonist Steve Lacy. Opnamen van het concert worden uitgebracht onder de titel Slips.

2020 - 2021

Tijdens de Europese tournee van Michael Moore met zijn Fragile Quartet staat het repertoire van zijn recent verschenen album Cretan Dialogues centraal. Het kwartet bestaat naast Moore uit pianist Harmen Fraanje, contrabassist Clemens van der Feen en drummer Gerry Hemingway. Begin februari 2020 is de muzikant in New Orleans voor optredens met drummer Mike Reed. Vanaf maart staat een Nederlandse concertreeks met het ICP Orchestra op de agenda. Vanwege de coronacrisis moeten concerten worden uitgesteld.

Michael Moore neemt op 5 en 6 december 2020 met contrabassist Paul Berner muziek op in Studio 2 van Muziek Centrum voor de Omroep in Hilversum. De twee muzikanten kiezen enkele favoriete composities en enkele eigen nummers uit als basis voor improvisaties op klarinet en contrabas. Moore laat zich daarbij inspireren door onder meer het album Bourbon Street dat klarinettist Louis Cottrell uit New Orleans in 1961 opnam voor Riverside Records.

MISHAKOSMOS: The Music Of Misha Mengelberg (oktober 2021) is een boek met meer dan 75 werken van Mengelberg, verzameld en samengesteld door Michael Moore.

Bedankt

Deze pagina is mede mogelijk gemaakt met de bijdragen van David Hanson, De Volkskrant, Nieuwsblad van het Noorden, Pieter Boersma, Trouw, VPRO Gids & Vrij Nederland.

Discografie

Jewels And Binoculars - Ships With Tattooed Sails

Toon alles


Beelden uit het archief


Michael is de musicus waarmee het makkelijk spelen is, en dat is vrij abnormaal!

Wolter Wierbos

trombonist